Glucosamine

Glucosamine is een aminosuiker en een lichaamseigen stof. Het komt vrijwel in alle lichaamsweefsels voor. Glucosamine komt het meest voor in het kraakbeen, pezen en in onze gewrichtsvloeistof.

Glucosamine is een bouwstof voor glycosaminoglycanen. Dit is een type suiker dat gebruikt wordt als schokdemper en als smering. Veel glucosamine supplementen bevatten ook chrondroïtine en MSM. De combinatie van glucosamine, chrondroïtine en MSM is een veel gebruikte formule in wetenschappelijk onderzoek.

Afname van glucosamine

Ons lichaam is in staat om zelf glucosamine aan te maken. Met name in de jongere jaren maakt je lichaam over het algemeen voldoende aan. Wanneer je wat ouder wordt of door gebruik van bepaalde medicijnen, kan de aanmaak afnemen. Om je glucosamine voorraad aan te vullen kun je een glucosamine supplement gebruiken.

Glucosaminesulfaat en Glucosaminehydrochloride

De meeste voorkomende glucosaminevormen zijn glucosaminesulfaat en glucosaminehydrochloride. Deze twee vormen hebben beiden een andere hoeveelheid aan werkzame stof. Daarnaast heb je ook nog N-Acetyl glucosamine. Dit is de aan stikstof gelinkte vorm.

Glucosaminesulfaat wordt beter opgenomen dan hydrochloride. Dat komt omdat de sulfaat-vorm het zout van zwavelzuur bevat. Zwavel is een belangrijk onderdeel van bindweefsels als huid en kraakbeen. Wanneer je dus een glucosamine supplement wilt aanschaffen, neem dan een supplement met glucosaminesulfaat.

Glucosamine in voeding

Glucosamine komt voor in dierlijk kraakbeen en in de harde delen van schaaldieren. Over het algemeen wordt dit in Europa niet gegeten. In Azië eten ze wel kraakbeen. In dit werelddeel wordt het ook wel het ‘witte vlees’ genoemd.  Het is lastig om als Europeaan voldoende glucosamine uit je voeding te halen. De glucosamine die je in supplementen vindt wordt meestal gewonnen uit schaaldieren.

Veilig te gebruiken

Glucosamine wordt al jaren lang gebruikt en wordt als een veilig supplement beschouwd. In de geadviseerde dosis is het gewoon veilig te gebruiken.

Bij hogere doseringen kan er misselijkheid, buikpijn, diarree en constipatie ontstaan. Mocht dit voorkomen dan wordt geadviseerd om te stoppen met de suppletie.